Prachtig verhaal van Natalie Baartmaan, voorgelezen op Lekker in je lijf evenement 2011
Mooi zijn bij de bushalte
Soms zou ik wel heel mooi willen zijn. Echt heel mooi. Dat stel ik me dan voor. Dan ben je heel mooi. Dan heet je Suzanneke. Dan heb je haren, veel, golvende, je bent een zee van haar, je stroomt voorbij als vanzelf, met ogen die naar je kijken. Je hebt klikkende hakken een blik vooruit, omhoog staande kleine tietjes, een natuurlijke tred en de juiste handtas. Je laat iets achter, iets onbereikbaars.
Dan hoef je alleen maar ergens te staan. Ik zie die vrouwen wel eens, die staan dan ergens, heel rechtop met een perfecte taillemaat, borstomvang en beenlengte. Ik zou dat ook wel willen: ergens staan met de juiste dijen. Maar ik moet altijd weer iets grappigs zeggen of doen.
Lijkt me zo heerlijk. Ik stel me voor, dat je dan zo om half vier ‘s middags in je mooiste jurkje bij een bushalte gaat staan om mooi te wezen, voor een uurtje of twee. Ik heb het wel eens geprobeerd. Het lukt me niet. Ik val al na vijf minuten door de mand. De bus stopt gewoon. En dan stap ik maar in.
Ik heb ooit op een feestje aan een heel mooie vrouw bekend, dat ik haar zo prachtig vond, en hoe makkelijk het leven dan wel niet moest zijn. ‘Mij mooi?’ antwoordde ze verbaasd. ‘Ik heb een kromme neus!’ Vervolgens heb ik nog nooit zoveel ellende over me uitgestort gekregen. Haar vriend ging vreemd. Ze was met drie studies gestopt. Nooit kwam ze ergens uit de verf. Ze had totaal geen zeggenschap over haar emoties. Haar moeder zat sinds kort aan de botox. Ze vreesde dat ze dat over een aantal jaren ook ging doen. Later op de avond zag ik haar lijdzaam een bitterbal weigeren. Daar stond ze; bitterballoos, maar uiterst slank en met golvende krullen. Je zou een arm om d’r heen willen slaan.
Schoonheid staat eigenlijk ook niet te wachten bij een bushalte. Schoonheid beweegt. Ik vind vrouwen op hun mooist op blote voeten. Ik vind ze mooi in een lange, soepele rok met wapperende haren in de wind. Ergens aan zee, waar ze lachen, rennen, vallen en weer opstaan. Ik vind vrouwen mooi als ze radslag doen in het gras, drie keer achter elkaar. Als ze een koe aaien, of een kind baren. Schoonheid moet bereikbaar zijn. Aanraakbaar zelfs. Daar kan geen botox tegenop.